"In mijn roman wordt er veel geobserveerd, gewacht, gedwaald. Zo kijk ik ook naar de wereld: in scènes."
Tülin Erkan (1988) groeide op in Oostende bij een Franstalige moeder en een Engelstalige grootmoeder. Haar zomers bracht ze door bij haar vader in Turkije. Wanneer mensen haar als half omschrijven, voelt ze zich vooral dubbel. Haar romandebuut Honingeter roept een verstilde sfeer op waarin moedertaal en vaderland elkaar overlappen tot het botst. Turkse folklore en klassieke mythologie versmelten tot een bevreemdend, surrealistisch kluwen. In het Watlab laat ze momenteel haar concept voor een tweede roman borrelen.
Wat is er zo typerend aan jou en je schrijven?
Typerend aan mij is dat ik ‘meerlagig’ ben. Ik besta uit vele kleine stukjes. Vele kleine stukjes vormen niet per se een geheel. Ze durven weleens botsen, maar nog vaker overlappen ze elkaar. Mijn moeder is een globetrotter dus als kind reisden mijn zus en ik gewoon mee. Ook gingen we vaak op familiebezoek naar Turkije. Al die verschillende ervaringen hebben me gevormd als mens, en dus ook als schrijver. Vandaag beschouw ik dat multigefaceteerd zijn als een rijkdom omdat het me in staat stelt om de wereld vanuit verschillende perspectieven te observeren. Dat is ook wat ik in mijn schrijven graag wil bereiken: de lezer bevreemden, een alternatieve blik op de werkelijkheid bieden.
Meerlagigheid uit zich ook in meertaligheid. Voor mij is taal de essentie. Ik denk zelfs dat ik schrijf omdat taal aanvoelt als een thuis, als een plek om in te wonen. Daar draait het in Honingeter uiteindelijk ook om: de onkunde om te communiceren, de constante zoektocht naar manieren om dat wel te doen.
Vanwaar de keuze om een filmische roman te schrijven?
Ik schrijf en denk in beelden. Zo is mijn brein bedraad. Spoiler alert: in Honingeter gebeurt er niet zo bijster veel. Althans, niet zichtbaar in acties. Het verhaal speelt zich af op de luchthaven van Istanbul. Reizigers wachten, dwalen, observeren, eten, slapen… zoals dat nu eenmaal gaat in een luchthaven. Tijdens het schrijven dacht ik meteen in beelden en in scènes. Ik wou ook dat de traagheid van het wachten tot uiting kwam, de herhalende mechaniek van bagagebanden en roltrappen. De setting in de luchthaven leende er zich perfect toe om alles in een slow motion-sfeertje te laten baden. Dat uit zich ook in het lezen. Mensen excuseren zich vaak als ze mijn boek niet snel uitlezen, ervan uitgaand dat ik dat zou verwachten. Maar ik vind traagheid net goed. In kleine stukjes, zo laat mijn roman zich het best lezen.
Dwaal je zelf ook graag in luchthavens, net zoals je hoofdpersonage Sibel?
Zeker. Ik maak er een sport van om elk luchthavenplan nauwkeurig te bestuderen. Luchthavens hebben me altijd gefascineerd. Waarschijnlijk omdat ik er als kind veel tijd doorbracht. Het zijn een soort non-plaatsen, constructies waarin alles en niets gebeurt. In een luchthaven is iedereen op doortocht, heeft iedereen andere beweegredenen. Alle emoties passeren er de revue, gaande van een hartverscheurend afscheid tot een euforische hereniging.
"Toewijding vind ik iets heel moois. Niets verwachten, en net daardoor krijgen wat je nodig hebt."
Wat vind je moeilijk aan het schrijfproces?
Zowat alles maar ik zal proberen dat minder dramatisch te formuleren. Het begin is moeilijk, het einde ook. De researchfase vind ik heerlijk en het midden mag er ook wel zijn. Laten we zeggen dat ik niet naar mijn schrijfbureau fladder, maar dat ik gelukkig een kat heb die mijn bureaustoel warm houdt. Ook hier een ode aan de traagheid, want ik schrijf zeer gecondenseerd. Bij mij is het een kwestie van blijven zitten, niet te afgeleid proberen raken door wat zich achter het raam afspeelt, en de woorden bijeen te sprokkelen tot het klopt, althans voor enkele milliseconden. De schoonheid van het schrijven zit voor mij niet in het aantal woorden per dag, maar in de toewijding die erbij komt kijken. Toewijding vind ik iets heel moois. Niets verwachten, en net daardoor krijgen wat je nodig hebt.
Proust schreef over de madeleine, jij schrijft over Turks fruit (lokum). Heeft dit een persoonlijke reden?
Iedereen die mij een beetje kent weet dat ik een onstilbare honger heb. De referenties aan Turks fruit zijn sowieso een knipoog naar de madeleine van Proust. Wanneer het hoofdpersonage van Honingeter een stukje Turks fruit eet, wordt ze terug gekatapulteerd naar een herinnering. Zintuiglijke gewaarwordingen zoals smaak en geur zijn cruciaal om herinneringen te vormen. Iedereen herinnert zich de geur van een geliefde of de geur van grootmoeders keuken, toch? Het Turks fruit is ook een verwijzing naar het zoete dat overal in de Turkse cultuur verscholen zit. Niet enkel in het eten, maar ook in de mensen zelf.
Met welke auteurs, dood of levend, zou je graag een avondje dineren?
Een hedendaagse auteur waar ik graag mee zou willen dineren is Ocean Vuong. Naast het feit dat hij een van mijn lievelingsschrijvers is, ziet zijn Instagram-boshuisje er extreem aanlokkelijk uit. We zouden marshmallows roosteren en hij zou uit zijn dichtbundel voorlezen. Schrijvers die voor een avond uit de dood mogen rijzen zijn Baudelaire, Wilde, Proust… Ik heb een lichte obsessie voor het fin de siècle en de symbolisten. We zouden een decadent diner verorberen. Mocht ik verveeld raken, dan zou ik met een schildpad over de Champs-Élysées flaneren. Zoiets. Niets specifieks.
Waar zie je jezelf binnen vijf jaar staan?
Binnen vijf jaar hoop ik eindelijk eens op die vraag te kunnen antwoorden. Ik hoop alle mensen die ik graag zie nog rond me te mogen hebben. Idealiter op een boekvoorstelling van roman nummer 2. Ook hoop ik vloeiend een nieuwe taal te kunnen spreken, misschien wel ergens op een luchthaven.
Meer weten over Tülin Erkan en haar (freelance) werk?